Summary
Dutch to German: more detail...
- ham:
-
Wiktionary:
- ham → Schinken, Oberschenkel
- ham → Schinken
Dutch
Detailed Translations for ham from Dutch to German
ham:
-
de ham (achterbout van varken)
Translation Matrix for ham:
Noun | Related Translations | Other Translations |
Schenkel | achterbout van varken; ham | bovenbeen; dij; dijen; dikke deel van bovenbeen; femur; schenkel; schenkels |
Schinken | achterbout van varken; ham | bovenbeen; dij; dijen; dikke dijen; hammen; stuitstuk |
Related Words for "ham":
Related Definitions for "ham":
Wiktionary Translations for ham:
ham
Cross Translation:
noun
ham
-
het vlees van de achterkant van een varken
- ham → Schinken
-
anatomie|nld een dikke dij van een mens
- ham → Oberschenkel
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• ham | → Schinken | ↔ ham — thigh of a hog cured for food |
• ham | → Schinken | ↔ jambon — cuisse (partie supérieure de la patte arrière) d'un suidé (porc ou sanglier), qui a été préparée par cuisson, salage, fumage ou boucanage, comme nourriture. |