Summary
Dutch to German: more detail...
- komen:
-
Wiktionary:
- komen → kommen, nicht zur Geltung kommen, auftauchen, eingreifen, einschalten
- komen → kompetent, kommen, abspritzen
Dutch
Detailed Translations for komt from Dutch to German
komen:
-
komen
Conjugations for komen:
o.t.t.
- kom
- komt
- komt
- komen
- komen
- komen
o.v.t.
- kwam
- kwam
- kwam
- kwamen
- kwamen
- kwamen
v.t.t.
- ben gekomen
- bent gekomen
- is gekomen
- zijn gekomen
- zijn gekomen
- zijn gekomen
v.v.t.
- was gekomen
- was gekomen
- was gekomen
- waren gekomen
- waren gekomen
- waren gekomen
o.t.t.t.
- zal komen
- zult komen
- zal komen
- zullen komen
- zullen komen
- zullen komen
o.v.t.t.
- zou komen
- zou komen
- zou komen
- zouden komen
- zouden komen
- zouden komen
diversen
- kom!
- komt!
- gekomen
- komend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for komen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
Ankommen | aankomen; arriveren; komen | |
Arrivieren | aankomen; arriveren; komen | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
kommen | komen | belanden; geraken; terecht komen; terechtkomen; verzeilen |
Related Words for "komen":
Antonyms for "komen":
Related Definitions for "komen":
Wiktionary Translations for komen:
komen
Cross Translation:
verb
-
bewegen van verder weg naar dichterbij
- komen → kommen
-
niet uit de verf komen
- komen → nicht zur Geltung kommen
-
boven water komen
- komen → auftauchen
-
tussenbeide komen
- komen → eingreifen; einschalten
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• komen | → kompetent | ↔ able — legally qualified |
• komen | → kommen | ↔ come — to move from further away to nearer to |
• komen | → abspritzen; kommen | ↔ cum — slang: have an orgasm; ejaculate |
• komen | → kommen | ↔ venir — Traductions de venir |