Dutch
Detailed Translations for leegbloeden from Dutch to German
leegbloeden:
-
leegbloeden
Conjugations for leegbloeden:
o.t.t.
- bloed leeg
- bloedt leeg
- bloedt leeg
- bloeden leeg
- bloeden leeg
- bloeden leeg
o.v.t.
- bloedde leeg
- bloedde leeg
- bloedde leeg
- bloedden leeg
- bloedden leeg
- bloedden leeg
v.t.t.
- ben leeggebloed
- bent leeggebloed
- is leeggebloed
- zijn leeggebloed
- zijn leeggebloed
- zijn leeggebloed
v.v.t.
- was leeggebloed
- was leeggebloed
- was leeggebloed
- waren leeggebloed
- waren leeggebloed
- waren leeggebloed
o.t.t.t.
- zal leegbloeden
- zult leegbloeden
- zal leegbloeden
- zullen leegbloeden
- zullen leegbloeden
- zullen leegbloeden
o.v.t.t.
- zou leegbloeden
- zou leegbloeden
- zou leegbloeden
- zouden leegbloeden
- zouden leegbloeden
- zouden leegbloeden
diversen
- bloed leeg!
- bloedt leeg!
- leeggebloed
- leegbloedend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for leegbloeden:
Verb | Related Translations | Other Translations |
ausbluten | leegbloeden |