Noun | Related Translations | Other Translations |
Abzeichen
|
kenteken; nummerplaat
|
badge; etiket; iemand kenmerken; insigne; kenmerk; kenteken; maken van onderscheid; merkteken; onderscheiding; onderscheidingsteken
|
Brandzeichen
|
kenteken; nummerplaat
|
brandteken; etiket; iemand kenmerken; kenmerk; kenteken
|
Erkennungszeichen
|
kenteken; nummerplaat
|
etiket; herkenningsteken; iemand kenmerken; kenmerk; kenteken
|
Kennzeichen
|
kenteken; nummerplaat
|
eigenschap; etiket; herkenningsteken; iemand kenmerken; karaktereigenschap; karaktertrek; kenmerk; kenteken; kwalititeit; markering; merk; merkteken; vlag
|
Markierung
|
kenteken; nummerplaat
|
etiket; etiketteren; herkenningsteken; iemand kenmerken; kenmerk; kenteken; label
|
Merkmal
|
kenteken; nummerplaat
|
eigenschap; etiket; herkenningsteken; iemand kenmerken; kenmerk; kenteken; merk; merkteken
|
Merkzeichen
|
kenteken; nummerplaat
|
eigenschap; etiket; herkenningsteken; iemand kenmerken; kenmerk; kenteken; merk; merkteken
|
Nummernschild
|
kenteken; nummerplaat
|
kentekenplaat
|
Vermerk
|
kenteken; nummerplaat
|
aantekening; attest; bewijs; briefje; etiket; iemand kenmerken; kattebelletje; kenmerk; kenteken; kladbriefje; kladje; krabbel; noot; notitie; opschrijving; schrijfsel
|
Zeichen
|
kenteken; nummerplaat
|
gebaar; geste; logo; merk; merknaam; onderscheidingsteken; sein; signaal; teken; wenk
|