Dutch

Detailed Translations for outsider from Dutch to German

outsider:

outsider [de ~ (m)] noun

  1. de outsider (niet favoriet zijn)
  2. de outsider (buitenstaander)
    der Außenstehender; der Außenseiter; der Außenstehende

Translation Matrix for outsider:

NounRelated TranslationsOther Translations
Außenseiter buitenstaander; niet favoriet zijn; outsider buitenstaanders; niet favorieten; outsiders
Außenstehende buitenstaander; niet favoriet zijn; outsider
Außenstehender buitenstaander; outsider buitenstaanders; outsiders
nicht beliebt sein niet favoriet zijn; outsider

Related Words for "outsider":