Dutch

Detailed Translations for sterk from Dutch to German

sterk:


Translation Matrix for sterk:

VerbRelated TranslationsOther Translations
energisch doortasten
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
stattlich groots; grootschalig; reuze
- stevig
OtherRelated TranslationsOther Translations
energisch flink
ModifierRelated TranslationsOther Translations
derb ferm; fiks; flink; robuust; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd aanmatigend; banaal; bot; dorps; duidelijk; flagrant; flink; fors; grof; grofgebouwd; laag-bij-de-grond; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongelikt; ongepast; onkies; onopgevoed; onvertogen; overduidelijk; plat; platvloers; potig; respectloos; ruw; schunnig; stevig; triviaal; verkeerd; vunzig; zo klaar als een klontje; zonneklaar
drastisch doortastend; drastisch; ferm; krachtdadig; krachtig; sterk doortastend; drastisch; ferm; krachtdadig; krachtig; radicaal; radikaal; volkomen
durchgreifend doortastend; drastisch; ferm; krachtdadig; krachtig; sterk doortastend; drastisch; ferm; flink aanpakkend; grondig aanpakkend; krachtdadig; krachtig; stevig aanpakkend
eingehend doortastend; drastisch; ferm; krachtdadig; krachtig; sterk accuraat; degelijk; diepgaand; diepgravend; gedetailleerd; godgeklaagd; grondig; helemaal; hemeltergend; in details; minutieus; nauwgezet; nauwkeurig; net; niet oppervlakkig; precies; secuur; stipt; ten hemel schreiend; totaal; uitgewerkt; volkomen; zeer ergerlijk; zorgvuldig
eisern ferm; fiks; flink; robuust; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd ferm; fiks; flink; halsstarrig; hardhoofdig; ijzeren; keihard; koppig; onbuigzaam; onverzettelijk; onwankelbaar; onwrikbaar; oorverdovend; pal; pittig; standvastig; stevig; stijfhoofdig; stijfkoppig; straf; vasthoudend; volhardend
energisch doortastend; drastisch; ferm; krachtdadig; krachtig; sterk beslist; besluitvaardig; daadkrachtig; doortastend; drastisch; dynamisch; energiek; ferm; geanimeerd; gedecideerd; geducht; in hoge mate; kordaat; krachtdadig; krachtig; levendig; resoluut; standvastig; vastberaden; vief; vol fut; voortvarend
entschieden doortastend; drastisch; ferm; krachtdadig; krachtig; sterk absoluut; bepaald; beslist; besluitvaardig; dapper; doortastend; drastisch; een zekere; eenduidig; ferm; gedecideerd; gedetermineerd; heldhaftig; heroïsch; kloek; kordaat; krachtdadig; krachtig; moedig; ondubbelzinnig; onverschrokken; onweerlegbaar; resoluut; ronduit; stellig; stout; stoutmoedig; vast en zeker; vastberaden; vastbesloten; zeker
entschlossen doortastend; drastisch; ferm; krachtdadig; krachtig; sterk absoluut; beslist; besluitvaardig; dapper; doortastend; drastisch; ferm; gedecideerd; heldhaftig; heroïsch; kloek; kordaat; krachtdadig; krachtig; moedig; onverschrokken; resoluut; ronduit; standvastig; stellig; stout; stoutmoedig; vastberaden; vastbesloten; zeker
forsch doortastend; drastisch; ferm; fiks; flink; fysiek sterk; krachtdadig; krachtig; robuust; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd beslist; besluitvaardig; energiek; flink; fors; geanimeerd; gedecideerd; kordaat; levendig; massief; niet hol; potig; resoluut; stevig; vastberaden; vief; vol fut
gediegen ferm; fiks; flink; robuust; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd betrouwbaar; curieus; degelijk; degelijke; deugdelijk; gedegen; merkwaardig; solide; stevig; van goede hoedanigheid; vreemd
kraftvoll doortastend; drastisch; ferm; fiks; flink; fysiek sterk; krachtdadig; krachtig; robuust; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd daadkrachtig; dynamisch; energiek; geanimeerd; levendig; vief; vol fut
kräftig doortastend; drastisch; ferm; fiks; flink; fysiek sterk; krachtdadig; krachtig; robuust; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd betrouwbaar; breed; daadkrachtig; degelijk; deugdelijk; doortastend; drastisch; dynamisch; energiek; erg; fel; ferm; flink; fors; geanimeerd; heftig; hevig; krachtdadig; krachtig; levendig; massief; met een krachtige uitwerking; niet hol; potig; solide; stevig; uit de kluiten gewassen; vief; vol fut
robust ferm; fiks; flink; robuust; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd betrouwbaar; breed; degelijk; deugdelijk; flink; fors; massief; niet hol; potig; solide; stabiel; stevig; uit de kluiten gewassen
solide ferm; fiks; flink; robuust; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd bekend; betrouwbaar; degelijk; degelijke; deugdelijk; doortimmerd; gedegen; gefundeerd; onderbouwd; solide; stabiel; stevig; van goede hoedanigheid; vertrouwd
stabil ferm; fiks; flink; robuust; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd betrouwbaar; degelijk; deugdelijk; massief; niet hol; solide; stabiel; stationair; stevig
stark ferm; flink; fysiek sterk; krachtig; sterk; stevig agressief; breed; dapper; dik; dikwijls; erg; fantastisch; fel; flink; fors; frequent; gaaf; geducht; gestreng; gewelddadig; geweldig; gigantisch; grandioos; groots; heftig; heldhaftig; heroïsch; hevig; immens; in details; in hoge mate; kloek; kolossaal; krachtig; lijvig; magnifiek; massief; meermaals; menigmaal; mieters; moedig; niet hol; niet toegevend; onverschrokken; potig; regelmatig; reusachtig; schitterend; stabiel; stevig; stout; stoutmoedig; streng; tof; uit de kluiten gewassen; uitgewerkt; uitnemend; uitstekend; vaak; veelvuldig; vet; voortreffelijk; zeer groot; zwaar van lijf
stattlich ferm; flink; fysiek sterk; krachtig; sterk; stevig aanzienlijk; adelijk; behoorlijk; beroemd; chic; danig; dapper; deftig; doorluchtig; duchtig; eerbiedwaardig; elegant; esthetisch; fier; flink; fors; gedistingeerd; geraffineerd; gewichtig; glorieus; groots; heldhaftig; heroïsch; hooggeplaatst; illuster; kloek; moedig; onverschrokken; plechtig; plechtstatig; potig; prat; rijzig; sierlijk; smaakvol; statig; stevig; stijlvol; stout; stoutmoedig; trots; verfijnd; verheven; voornaam; waardig; weids; zeer plechtig
stramm ferm; flink; fysiek sterk; krachtig; sterk; stevig behoorlijk; danig; duchtig; houterig; massief; niet hol; stijf; stijve; strak; strakgespannen; stram; stroef
stämmig ferm; flink; fysiek sterk; krachtig; sterk; stevig flink; fors; gespierd; massief; niet hol; potig; stevig; stoer
tatkräftig doortastend; drastisch; ferm; krachtdadig; krachtig; sterk daadkrachtig; dynamisch; energiek; ferm; kordaat; standvastig

Related Words for "sterk":

  • sterker, sterkere, sterkst, sterkste, sterke

Synonyms for "sterk":


Antonyms for "sterk":


Related Definitions for "sterk":

  1. wat je bijna niet kunt geloven1
    • hij vertelde een sterk verhaal1
  2. met veel kracht1
    • mijn grote broer is reuze sterk1
  3. wat veel kan verdragen1
    • dat is een sterke pen1

Wiktionary Translations for sterk:

sterk
adjective
  1. krachtig

Cross Translation:
FromToVia
sterk stark hard — of drink: strong
sterk scharf sharp — having an intense, acrid flavour
sterk stark; kräftig strong — capable of producing great physical force
sterk stark strong — capable of withstanding great physical force
sterk mächtig; vermögend; gewaltig; kräftig; stark; schwer puissant — Qui a beaucoup de pouvoir.
sterk fest; befestigt; haltbar; wiederstandsfähig robuste — Qui est fort, vigoureux, résistant.

sterken:

sterken verb (sterk, sterkt, sterkte, sterkten, gesterkt)

  1. sterken (versterken; sterker worden)
    verstärken; bekräftigen
    • verstärken verb (verstärke, verstärkst, verstärkt, verstärkte, verstärktet, verstärkt)
    • bekräftigen verb (bekräftige, bekräftigst, bekräftigt, bekräftigte, bekräftigtet, bekrächtigt)
  2. sterken (zijn heil zoeken in; troosten; laven)

Conjugations for sterken:

o.t.t.
  1. sterk
  2. sterkt
  3. sterkt
  4. sterken
  5. sterken
  6. sterken
o.v.t.
  1. sterkte
  2. sterkte
  3. sterkte
  4. sterkten
  5. sterkten
  6. sterkten
v.t.t.
  1. ben gesterkt
  2. bent gesterkt
  3. is gesterkt
  4. zijn gesterkt
  5. zijn gesterkt
  6. zijn gesterkt
v.v.t.
  1. was gesterkt
  2. was gesterkt
  3. was gesterkt
  4. waren gesterkt
  5. waren gesterkt
  6. waren gesterkt
o.t.t.t.
  1. zal sterken
  2. zult sterken
  3. zal sterken
  4. zullen sterken
  5. zullen sterken
  6. zullen sterken
o.v.t.t.
  1. zou sterken
  2. zou sterken
  3. zou sterken
  4. zouden sterken
  5. zouden sterken
  6. zouden sterken
diversen
  1. sterk!
  2. sterkt!
  3. gesterkt
  4. sterkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for sterken:

VerbRelated TranslationsOther Translations
bekräftigen sterken; sterker worden; versterken autoriseren; bekrachtigen; bevestigen; bezegelen; dulden; duren; fiatteren; goedkeuren; goedvinden; gunnen; homologeren; inwilligen; laten; permitteren; toelaten; toestaan; toestemmen; toestemming verlenen; vergunnen
sein Heil suchen in laven; sterken; troosten; zijn heil zoeken in
sein Ziel finden in laven; sterken; troosten; zijn heil zoeken in
sich getrösten mit laven; sterken; troosten; zijn heil zoeken in
verstärken sterken; sterker worden; versterken aanscherpen; bezwaren; consolideren; gewicht toevoegen; intensiveren; sterker maken; toespitsen; verhevigen; versterken; verstevigen; verzwaren; zwaarder maken

External Machine Translations:

Related Translations for sterk