Dutch
Detailed Translations for straling from Dutch to German
straling:
Translation Matrix for straling:
Noun | Related Translations | Other Translations |
Abstrahlung | radiatie; straling; uitstraling | afstraling |
Ausstrahlung | radiatie; straling; uitstraling | aura; charisma; lichtkrans; programma; radio-uitzending; uitstraling; uitzending |
Schein | glans; gloed; schijn; schijnsel; straling | acte; akte; bewijsstuk; bon; coupon; façade; glimp; ontvangstbewijs; reçu; schijnvertoning; vleug; vleugje |
Schimmer | glans; gloed; schijn; schijnsel; straling | aanwijzing; flakkering; flikkering; flinter; floers; geflikker; glans; glanslaag; glanzen; glimmen; greintje; klein beetje; licht verspreiden; restjes; schijn; schijnen; schijntje; schittering; snufje; sprankjes; tip; vingerwenk; vingerwijzing; vleugje; waas; wenk; zweem; zweempje; zweempjes |
Strahlung | radiatie; straling; uitstraling |