Dutch

Detailed Translations for zwijn from Dutch to German

zwijn:

zwijn [het ~] noun

  1. het zwijn (viezerik; smeerlap)
    die Schmutzfink; der Dreckschwein; der Schweinigel; die Sau; der Dreckspatz; der Schmierfink; die Drecksau
  2. het zwijn (vuilbek; varken)
    Schwein; Ferkel; die Sau
  3. het zwijn (wild varken)
    Schwein

Translation Matrix for zwijn:

NounRelated TranslationsOther Translations
Drecksau smeerlap; viezerik; zwijn
Dreckschwein smeerlap; viezerik; zwijn
Dreckspatz smeerlap; viezerik; zwijn
Ferkel varken; vuilbek; zwijn big; biggen; biggetje; biggetjes; fielt; jong varken; kleine big; mispunt; naarling; rotzak; schoft; schooier; sloeber; smeerlap; smiecht; stinkerd; varkentje; varkentjes
Sau smeerlap; varken; viezerik; vuilbek; zwijn big; jong varken; zeug; zeugen
Schmierfink smeerlap; viezerik; zwijn deugniet; fielt; guit; knoeipot; mispunt; morser; naarling; rakker; rotzak; schoft; schooier; sloeber; smeerlap; smiecht; snaak; stinkerd
Schmutzfink smeerlap; viezerik; zwijn deugniet; fielt; guit; mispunt; morspot; naarling; rakker; rotzak; schoft; schooier; sloeber; smeerlap; smiecht; snaak; stinkerd; viespoes
Schwein varken; vuilbek; wild varken; zwijn big; bof; geluk; geluk hebbend; jong varken; varkens
Schweinigel smeerlap; viezerik; zwijn fielt; mispunt; naarling; rotzak; schoft; schoften; smeerlap; smeerlappen; smiecht; stinkerd; varkens; viezeriken; zwijnen

Related Words for "zwijn":


Wiktionary Translations for zwijn:

zwijn
noun
  1. een varken

Cross Translation:
FromToVia
zwijn Schwein; Hausschwein pig — mammal of genus Sus
zwijn Schwein pig — nasty or disgusting person
zwijn Wüstling; Schwelger; Schlemmer; Prasser; Possenreißer bambocheur — (vieilli) désuet|fr marionnettiste.
zwijn Schwein cochon — Mammifère domestique
zwijn Schwein porc — Animal
zwijn Tamarin; Ferkel; Schwein; Schweinehund; Miststück sagouingenre de singe omnivore de petite taille, répandre dans l’Amérique du Sud, les tamarins.