Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. geleider:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for geleider from Dutch to English

geleider:

geleider [de ~ (m)] noun

  1. de geleider (elektriciteitsgeleider)
    the conductor
  2. de geleider (warmtegeleider)
    the conductor; the thermal conductor
  3. de geleider (stroomgeleider)

Translation Matrix for geleider:

NounRelated TranslationsOther Translations
conductor elektriciteitsgeleider; geleider; warmtegeleider conducteur; dirigent; dirigente; koordirigente; koorleider; koorleidster; tramconducteur; treinchef; vrouwelijke dirigent
current conductor geleider; stroomgeleider
thermal conductor geleider; warmtegeleider

Wiktionary Translations for geleider:

geleider
noun
  1. elektrische stroomgeleider
  2. warmtegeleider
geleider
noun
  1. something which can transmit electricity, heat, light or sound

Cross Translation:
FromToVia
geleider conductor LeiterPhysik, Technik: Stoff, der Energie (zumeist in Form von elektrischen Strom, Wärme, Licht, Schall) leitet, durchlässt, weiterführt