Dutch
Detailed Translations for ondervinden from Dutch to English
ondervinden:
-
ondervinden (ervaren; beleven; gewaarworden; voelen)
Conjugations for ondervinden:
o.t.t.
- ondervind
- ondervindt
- ondervindt
- ondervinden
- ondervinden
- ondervinden
o.v.t.
- ondervond
- ondervond
- ondervond
- ondervonden
- ondervonden
- ondervonden
v.t.t.
- heb ondervonden
- hebt ondervonden
- heeft ondervonden
- hebben ondervonden
- hebben ondervonden
- hebben ondervonden
v.v.t.
- had ondervonden
- had ondervonden
- had ondervonden
- hadden ondervonden
- hadden ondervonden
- hadden ondervonden
o.t.t.t.
- zal ondervinden
- zult ondervinden
- zal ondervinden
- zullen ondervinden
- zullen ondervinden
- zullen ondervinden
o.v.t.t.
- zou ondervinden
- zou ondervinden
- zou ondervinden
- zouden ondervinden
- zouden ondervinden
- zouden ondervinden
diversen
- ondervind!
- ondervindt!
- ondervonden
- ondervindend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
ondervinden (ondervinding)
Translation Matrix for ondervinden:
Noun | Related Translations | Other Translations |
discovery | ondervinden; ondervinding | detectie; discovery; legal discovery; ontdekking; openbaring; uitdenking; uitvinding; verrassende ontdekking; vinding; vondst |
encounter | ontmoeting; treffen | |
experience | ondervinden; ondervinding | belevenis; beleving; bevinding; ervaring; meemaken van een gebeurtenis; praktijk; routine |
Verb | Related Translations | Other Translations |
encounter | beleven; ervaren; gewaarworden; ondervinden; voelen | |
experience | beleven; ervaren; gewaarworden; ondervinden; voelen | ervaren als |
feel | beleven; ervaren; gewaarworden; ondervinden; voelen | bemerken; bespeuren; betasten; bevoelen; gewaarworden; iets voelen; inleven; invoelen; meeleven; merken; ontwaren; voelen; waarnemen; zien |
Wiktionary Translations for ondervinden:
ondervinden
verb
ondervinden
-
door ervaring ergens achter komen
- ondervinden → experience
verb
-
to observe or undergo