English
Detailed Translations for foerage from English to Dutch
foerage: (*Using Word and Sentence Splitter)
- foe: vijand; vijandin; tegenstreefster
- rage: rage; razen; woeden; tekeergaan; woede; kwaadheid; toorn; giftigheid; tieren; fulmineren; schreeuwen; blaffen; brullen; bulderen; daveren; te keer gaan; razernij; furie; dolheid; uitvaren; donderen; ketteren; verbolgenheid; uit de slof schieten; manie; vuilbekken; pathologische opgewondenheid