Noun | Related Translations | Other Translations |
oneness
|
|
eendrachtigheid; eensgezindheid; eenzelvigheid; saamhorigheid; uniformiteit
|
Adjective | Related Translations | Other Translations |
concerted
|
eendrachtig; eensgezind; harmonieus; saamhorig
|
|
concordant
|
eendrachtig; eensgezind; harmonieus; saamhorig
|
|
connected
|
eendrachtig; eensgezind; harmonieus; saamhorig
|
aan elkaar zittend; aangehecht; aangesloten; aldoor; almaar; continue; de hele tijd; gedurig; gerelateerd; ononderbroken; onophoudelijk; steeds; telkens; vastgehecht; vastzittend; verwant; voortdurend
|
harmonious
|
harmonieus; melodieus; welklinkend; welluidend
|
harmonisch
|
melodious
|
harmonieus; melodieus; welklinkend; welluidend
|
zangerig
|
sonorous
|
harmonieus; melodieus; welklinkend; welluidend
|
klankrijk; sonoor
|
unanimous
|
eendrachtig; eensgezind; harmonieus; saamhorig
|
eenparig; eensgezind; eenstemmig; unaniem
|
united
|
eendrachtig; eensgezind; harmonieus; saamhorig
|
aaneengehecht; aangevoegd; gekoppeld; verbonden
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
oneness
|
eendrachtig; eensgezind; harmonieus; saamhorig
|
|
solidary
|
eendrachtig; eensgezind; harmonieus; saamhorig
|
saamhorig; solidair
|