Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. vastbesloten:
  2. Wiktionary:
  3. User Contributed Translations for vastbesloten:
    • determinant


Dutch

Detailed Translations for vastbesloten from Dutch to English

vastbesloten:

vastbesloten adj

  1. vastbesloten

Translation Matrix for vastbesloten:

NounRelated TranslationsOther Translations
firm bedrijf; coöperatie; firma; handelsbedrijf; handelsfirma; handelshuis; maatschap; maatschappij; onderneming; vennootschap; zaak
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
determined vastbesloten bepaald; beslist; besluitvaardig; bestand tegen; bestendig; een zekere; gedecideerd; kordaat; opgewassen tegen; resoluut; vastberaden
resolute vastbesloten beslist; besluitvaardig; doortastend; ferm; gedecideerd; kordaat; krachtdadig; krachtig; resoluut; standvastig; vastberaden
unflinching vastbesloten
ModifierRelated TranslationsOther Translations
firm vastbesloten beslist; degelijk; doortastend; ferm; fiks; flink; hecht; kordaat; krachtdadig; krachtig; solide; standvastig; stevig

Related Words for "vastbesloten":


Wiktionary Translations for vastbesloten:

vastbesloten
adjective
  1. recklessly determined to do or achieve something

Cross Translation:
FromToVia
vastbesloten resolute; stout mannhaft — entschlossen, tatkräftig