Dutch
Detailed Translations for overlast from Dutch to English
overlast:
-
de overlast (hinder)
-
de overlast (ergernis; hinder)
-
de overlast (soesa; moeite; hinder; last)
the inconvenience; the nuisance; the difficulty; the hindrance; the impediment; the load; the weight
Translation Matrix for overlast:
External Machine Translations:
English
Detailed Translations for overlast from English to Dutch
overlast: (*Using Word and Sentence Splitter)
- over: over; overheen; uit; klaar; afgelopen; af; voltooid; geëindigd; afgedaan; beëindigd; gepleegd; voorbij; gepasseerd; boven; bovenop; erboven; gedaan; gereed; gaar; doorgekookt; omver
- last: jongstleden; afgelopen; vorig; verleden; laatste; achterste; finaal; vorige; leest; jongste; benjamin; laatstgeborene; laatstgenoemd; laatstelijk; laatsten; hekkensluiters; blijven; duren; laatstgeboren
External Machine Translations: