Summary
Dutch to English: more detail...
- val:
- vallen:
-
Wiktionary:
- val → fall, drop, downfall, hang, drape, windfall, flooring, deck, trap, halyard, net
- val → fall, drape, halyard, collapse, drop, lowering, pulling down, dropping, reduction, dip, abasement, humiliation, subsidence, sinking, cut, couching, prolapse, derogation, decay, destruction, ruin, adversity, failure, abatement, decrease, diminishment, curtailment, retrenchment, descent, decrepitude, abjection, abjectness, degradation, demotion, disrating, relegation, reduction to the ranks, deterioration, downfall, scrap, trap, pitfall, booby-trap, snare
- vallen → fall, drop, down
- vallen → fall, drop, decline, be killed in action, plummet
Dutch
Detailed Translations for val from Dutch to English
val:
-
de val (hinderlaag; valstrik)
-
de val (minder worden; afname; terugloop; daling)
-
de val (teloorgang; ondergang; debacle; tenondergang)
-
de val (terechtkomen; landing)
Translation Matrix for val:
Related Words for "val":
Related Definitions for "val":
Wiktionary Translations for val:
val
Cross Translation:
noun
val
-
omlaag gaan
- val → fall
-
ten gevolge van de zwaartekracht naar beneden gaan
- val → fall
-
onvrijwillig ergens op terecht komen
- val → fall
-
hoogte van waarvandaan iets naar beneden valt
- val → drop
-
van zijn macht beroofd worden
- val → downfall
-
richting van de stof, waarbij de figuren op de stof naar beneden gaan
-
fruit dat uit de boom gevallen is, niet geplukt is
- val → windfall
-
beweegbare vloer van een ophaalbrug
-
apparaat met een vallende deur of klem met als doel dieren te vangen
- val → trap
-
lijn waarmee een vlag, zeil of rondhout gehesen kan worden
- val → halyard
noun
-
figurative: trap
-
loss of greatness or status
-
act of moving in gas or vacuum under the effect of gravity from a point to a lower point
-
a fall
-
device designed to catch or kill animals
-
trick or arrangement designed to catch someone in a more general sense
-
-
- trap → val; trapladder
Cross Translation:
val form of vallen:
-
vallen (op zijn bek gaan; ten val komen; onderuitgaan)
to fall; take a nosedive; be overthrown; be a failure-
take a nosedive verb
-
be overthrown verb
-
be a failure verb
-
vallen (doodgaan; overlijden; sterven; bezwijken; omkomen; sneuvelen; heengaan; wegvallen; inslapen)
to fall; to die; to pass away; to perish; to succumb; depart this earth; to be killed; depart this life; be killed in action-
depart this earth verb
-
depart this life verb
-
be killed in action verb
-
vallen (tuimelen; flikkeren; kiepen; kieperen; kelderen)
-
vallen (omlaagstorten)
-
vallen (naar beneden vallen; omlaagvallen)
-
vallen (sterk afnemen; inzakken; teruglopen)
Conjugations for vallen:
o.t.t.
- val
- valt
- valt
- vallen
- vallen
- vallen
o.v.t.
- viel
- viel
- viel
- vielen
- vielen
- vielen
v.t.t.
- ben gevallen
- bent gevallen
- is gevallen
- zijn gevallen
- zijn gevallen
- zijn gevallen
v.v.t.
- was gevallen
- was gevallen
- was gevallen
- waren gevallen
- waren gevallen
- waren gevallen
o.t.t.t.
- zal vallen
- zult vallen
- zal vallen
- zullen vallen
- zullen vallen
- zullen vallen
o.v.t.t.
- zou vallen
- zou vallen
- zou vallen
- zouden vallen
- zouden vallen
- zouden vallen
diversen
- val!
- valt!
- gevallen
- vallend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for vallen:
Related Words for "vallen":
Related Definitions for "vallen":
Wiktionary Translations for vallen:
vallen
Cross Translation:
verb
vallen
-
vrijelijk onder invloed van de zwaartekracht naar de aarde bewegen
- vallen → fall
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vallen | → fall; drop | ↔ fallen — unkontrolliert von oben nach unten bewegen (durch die Gravitation) |
• vallen | → fall | ↔ fallen — sterben durch Gewalteinwirkung im Krieg |
• vallen | → fall; decline; drop | ↔ fallen — auf einen niedrigeren Wert sinken |
• vallen | → fall; be killed in action | ↔ fallen — einnehmen werden |
• vallen | → drop; fall; plummet | ↔ tomber — Être entraîné de haut en bas par son poids |