Dutch
Detailed Translations for facie from Dutch to English
facie:
-
de facie
the mug– the human face (`kisser' and `smiler' and `mug' are informal terms for `face' and `phiz' is British) 1
Translation Matrix for facie:
Noun | Related Translations | Other Translations |
face | facie | aangezicht; bakkes; bek; front; gelaat; gevel; gezicht; letterbeeld; muil; ponum; porum; pui; smoel; smoelwerk; snoet; snuit; tater; tronie; vlak; voorgevel; voorkant; voorzijde; waffel |
mug | facie | bakkes; beker; coupe; drinkbeker; drinkglas; glas; glazen pul; haarlijn; haarsnit; haarstijl; kopje; kroes; mok; ponum; porum; pul; smoel; smoelwerk; snoet; snuit; tronie |
Verb | Related Translations | Other Translations |
face | confronteren; hoofd bieden; onder ogen zien; trotseren | |
mug | overvallen |