Dutch
Detailed Translations for zich kleden from Dutch to English
zich kleden:
-
zich kleden (zich tooien; uitmonsteren; kleden)
Translation Matrix for zich kleden:
Noun | Related Translations | Other Translations |
dress | dracht; gewaad; japon; jurk; jurkje; kleding; kleren; livrei; robe; tenue; uitdossing; uniform; verwachting; zwangerschap | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
dress | kleden; uitmonsteren; zich kleden; zich tooien | aandoen; aankleden; aantrekken; afwerken; garneren; opmaken; opsmukken; schotels garneren; versieren; zich aankleden |
fit up | kleden; uitmonsteren; zich kleden; zich tooien | |
get dressed | kleden; uitmonsteren; zich kleden; zich tooien | zich aankleden |
Wiktionary Translations for zich kleden:
zich kleden
verb
-
to clothe oneself