Summary
Dutch
Detailed Translations for belegen from Dutch to English
belegen:
Translation Matrix for belegen:
Adjective | Related Translations | Other Translations |
matured | belegen | |
ripe | belegen | rijp; voldragen |
seasoned | belegen | door en door; doorgewinterd; doorgewinterde; doorkneed; gekruid; gepeperd; geroutineerd; geslepen; hartig; heet; pikant; pittig; uitgeslapen |
stale | belegen | bedompt; benauwd; drukkend; muf; onfris; oubakken; oud; oudbakken; plat; stoffig; verschaald |