Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. onbezet:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for onbezet from Dutch to English

onbezet:

onbezet adj

  1. onbezet (ledig; leeg)
    empty

Translation Matrix for onbezet:

VerbRelated TranslationsOther Translations
empty afscheiden; afvoeren; ledigen; leegdrinken; leeggieten; leeghalen; leegmaken; legen; lozen; opdrinken; opruimen; plunderen; reinigen; ruimen; schoonmaken; spuien; uitdrinken; uitgieten; uithalen; uitknijpen; uitmesten; uitnemen; uitpersen; uitruimen; uitscheiden; uitstoten; uitwateren; uitwerpen; uitzuigen; water afvoeren; water lozen
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
empty ledig; leeg; onbezet eindig; hol; ijdel; inhoudsloos; leeg; loos; nietszeggend; ongevuld; vergankelijk; voorbijgaand; zonder inhoud

Wiktionary Translations for onbezet:


Cross Translation:
FromToVia
onbezet open; unchecked; spare libre — Qui a le pouvoir de faire ce qu’il vouloir, d’agir ou de ne pas agir.
onbezet empty; vacant; needy; miserable; destitude; impoverished; penniless; void; bare; hollow vide — Qui ne contenir rien ; qui est totalement dépourvoir de.