Noun | Related Translations | Other Translations |
climbing
|
|
opklimmen; stijgen
|
going up
|
|
klimmen; omhoogkomen; opstijgen; stijgen; stijging
|
increasing
|
|
aangroei; aanwas; uitdijen; uitdijing
|
mounting
|
|
filmmontage; kader; lijst; montage; montering; omlijsting; raam; rand; scheepsaffuit; zetsels; zetten; zetwerk
|
rising
|
|
aangroei; aanwas; aanwassen; aanzwellen; klimmen; omhoog komen; omhoogkomen; opstijgen; rijzing; stijgen; stijging; uitdijen; uitdijing; verrijzing; wassen; zwellen
|
Adjective | Related Translations | Other Translations |
increasing
|
klimmend; omhooggaand; oplopend; rijzend; stijgend; toenemend; verheffend
|
in toenemende mate; meer en meer; oprijzend; toenemend
|
rising
|
klimmend; omhooggaand; oplopend; rijzend; stijgend; toenemend; verheffend
|
oprijzend
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
climbing
|
klimmend; omhooggaand; oplopend; rijzend; stijgend; toenemend; verheffend
|
oprijzend
|
going up
|
klimmend; omhooggaand; oplopend; rijzend; stijgend; toenemend; verheffend
|
|
mounting
|
klimmend; omhooggaand; oplopend; rijzend; stijgend; toenemend; verheffend
|
oprijzend
|
on the increase
|
klimmend; omhooggaand; oplopend; rijzend; stijgend; toenemend; verheffend
|
oprijzend
|
rising up
|
opstijgend; stijgend
|
|