Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. aanknopingspunten:
  2. aanknopingspunt:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for aanknopingspunten from Dutch to English

aanknopingspunten:

aanknopingspunten [de ~] noun, plural

  1. de aanknopingspunten (steunpunten)
    the keystones; the points of support; the keynotes; the supports

Translation Matrix for aanknopingspunten:

NounRelated TranslationsOther Translations
keynotes aanknopingspunten; steunpunten tonicas
keystones aanknopingspunten; steunpunten sluitstenen
points of support aanknopingspunten; steunpunten
supports aanknopingspunten; steunpunten steuntroepen

Related Words for "aanknopingspunten":


aanknopingspunten form of aanknopingspunt:

aanknopingspunt [het ~] noun

  1. het aanknopingspunt (aanwijzing)
    the starting point; the indication; the lead; the pointer; the suggestion

Translation Matrix for aanknopingspunt:

NounRelated TranslationsOther Translations
indication aanknopingspunt; aanwijzing aanduiding; aanwijzing; indicatie; symptoom; teken
lead aanknopingspunt; aanwijzing aanvoeren; aanvoering; aanwijzing; elektrische geleiding; geleiding; leiding; lood; naaiplombe; plombe; potentiële klant; sales lead; spoor; tip; vingerwenk; vingerwijzing; voorgaan; voorsprong; wenk
pointer aanknopingspunt; aanwijzing aanwijzer; aanwijzing; tip; vingerwenk; vingerwijzing; wenk; wijzer
starting point aanknopingspunt; aanwijzing basis; basislijn; beginpunt; beginsel; fundament; fundering; grond; grondgedachte; grondlijn; grondslag; grondstelling; principe; uitgangspunt; uitgangsvorm; veronderstelling; vertrekpunt
suggestion aanknopingspunt; aanwijzing advies; indruk; motie; propositie; raad; raadgeving; suggestie; voorstel; voorstel doen
VerbRelated TranslationsOther Translations
lead aanvoeren; begeleiden; besturen; in goede banen leiden; leiden; leiding geven; loden; managen; meevoeren; van loodglazuur voorzien; voeren; voorzitten

Related Words for "aanknopingspunt":


Wiktionary Translations for aanknopingspunt:

aanknopingspunt
noun
  1. feit of gegeven op basis waarvan wordt voortgebouwd, verder geredeneerd enz.