Dutch
Detailed Translations for achteropkomen from Dutch to English
achteropkomen:
-
achteropkomen
Conjugations for achteropkomen:
o.t.t.
- kom achterop
- komt achterop
- komt achterop
- komen achterop
- komen achterop
- komen achterop
o.v.t.
- kwam achterop
- kwam achterop
- kwam achterop
- kwamen achterop
- kwamen achterop
- kwamen achterop
v.t.t.
- ben achteropgekomen
- bent achteropgekomen
- is achteropgekomen
- zijn achteropgekomen
- zijn achteropgekomen
- zijn achteropgekomen
v.v.t.
- was achteropgekomen
- was achteropgekomen
- was achteropgekomen
- waren achteropgekomen
- waren achteropgekomen
- waren achteropgekomen
o.t.t.t.
- zal achteropkomen
- zult achteropkomen
- zal achteropkomen
- zullen achteropkomen
- zullen achteropkomen
- zullen achteropkomen
o.v.t.t.
- zou achteropkomen
- zou achteropkomen
- zou achteropkomen
- zouden achteropkomen
- zouden achteropkomen
- zouden achteropkomen
diversen
- kom achterop!
- komt achterop!
- achteropgekomen
- achteropkomende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for achteropkomen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
catch up with | achteropkomen | inhalen; inlopen |
come up alongside with | achteropkomen |