Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. bijhouden:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for bijhouden from Dutch to English

bijhouden:

bijhouden verb (houd bij, houdt bij, hield bij, hielden bij, bijgehouden)

  1. bijhouden (bijbenen; bijblijven)
    to keep up with; keep pace with
  2. bijhouden
    to track
    – To follow the flow of information; to monitor progress. 1
    • track verb (tracks, tracked, tracking)
  3. bijhouden
    the tracking
    – The process of viewing and updating the actual progress of tasks so that you can see progress across time, evaluate slippage of tasks, compare scheduled or baseline data to actual data, and check the completion percentage of tasks and your project. 1

Conjugations for bijhouden:

o.t.t.
  1. houd bij
  2. houdt bij
  3. houdt bij
  4. houden bij
  5. houden bij
  6. houden bij
o.v.t.
  1. hield bij
  2. hield bij
  3. hield bij
  4. hielden bij
  5. hielden bij
  6. hielden bij
v.t.t.
  1. heb bijgehouden
  2. hebt bijgehouden
  3. heeft bijgehouden
  4. hebben bijgehouden
  5. hebben bijgehouden
  6. hebben bijgehouden
v.v.t.
  1. had bijgehouden
  2. had bijgehouden
  3. had bijgehouden
  4. hadden bijgehouden
  5. hadden bijgehouden
  6. hadden bijgehouden
o.t.t.t.
  1. zal bijhouden
  2. zult bijhouden
  3. zal bijhouden
  4. zullen bijhouden
  5. zullen bijhouden
  6. zullen bijhouden
o.v.t.t.
  1. zou bijhouden
  2. zou bijhouden
  3. zou bijhouden
  4. zouden bijhouden
  5. zouden bijhouden
  6. zouden bijhouden
diversen
  1. houd bij!
  2. houdt bij!
  3. bijgehouden
  4. bijhoudend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

bijhouden [znw.] noun

  1. bijhouden (bijbenen)
    the keeping up with

Translation Matrix for bijhouden:

NounRelated TranslationsOther Translations
keeping up with bijbenen; bijhouden
track afstand; baan; baanvak; buitenweg; dreef; etappe; hielspoor; landweg; nummer; paadje; pad; parcours; rails; ronde; route; spoor; spoorbaan; spoorweg; spoorwegwissel; tournee; traject; trekpad; wagenspoor; weg; wissel
tracking bijhouden
VerbRelated TranslationsOther Translations
keep pace with bijbenen; bijblijven; bijhouden
keep up with bijbenen; bijblijven; bijhouden
track bijhouden achternagaan; achternalopen; in hetzelfde spoor lopen; nalopen; sporen; volgen

Synonyms for "bijhouden":


Antonyms for "bijhouden":


Related Definitions for "bijhouden":

  1. het tempo kunnen volgen2
    • het kind kon zijn vader niet bijhouden2
  2. er geregeld aan werken2
    • ik houd de boekhouding bij2

Wiktionary Translations for bijhouden:

bijhouden
verb
  1. to keep possession

Cross Translation:
FromToVia
bijhouden follow; come after; succeed; trail; abide by; abide; travel suivre — Traductions à trier suivant le sens
bijhouden hold; hang onto; retain; keep; maintain; have tenir — Avoir en main, entre les bras, de manière à ne pas laisser aller.