Dutch
Detailed Translations for boekdruk from Dutch to English
boekdruk form of boekdrukken:
-
boekdrukken
Conjugations for boekdrukken:
o.t.t.
- druk boek
- drukt boek
- drukt boek
- drukken boek
- drukken boek
- drukken boek
o.v.t.
- drukte boek
- drukte boek
- drukte boek
- drukten boek
- drukten boek
- drukten boek
v.t.t.
- heb boekgedrukt
- hebt boekgedrukt
- heeft boekgedrukt
- hebben boekgedrukt
- hebben boekgedrukt
- hebben boekgedrukt
v.v.t.
- had boekgedrukt
- had boekgedrukt
- had boekgedrukt
- hadden boekgedrukt
- hadden boekgedrukt
- hadden boekgedrukt
o.t.t.t.
- zal boekdrukken
- zult boekdrukken
- zal boekdrukken
- zullen boekdrukken
- zullen boekdrukken
- zullen boekdrukken
o.v.t.t.
- zou boekdrukken
- zou boekdrukken
- zou boekdrukken
- zouden boekdrukken
- zouden boekdrukken
- zouden boekdrukken
diversen
- druk boek!
- drukt boek!
- boekgedrukt
- boekdrukkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for boekdrukken:
| Noun | Related Translations | Other Translations |
| printing | afdrukken; bedrukking; drukken; drukkerij | |
| Verb | Related Translations | Other Translations |
| printing | boekdrukken |