Summary
Dutch
Detailed Translations for buigzaam from Dutch to English
buigzaam:
Translation Matrix for buigzaam:
Noun | Related Translations | Other Translations |
yielding | aflevering; afstaan; opgave van de strijd; overdracht; overgeven; uitlevering | |
Adjective | Related Translations | Other Translations |
flexible | buigzaam; flexibel; meegaand; soepel | buigbaar; flexibel; gedwee; gewillig; inschikkelijk; lenig; meegaand; soepel; toegeeflijk; toegevend |
pliant | buigzaam; flexibel; meegaand; soepel | aanspreekbaar; beleefd; benaderbaar; beschaafd; gemanierd; genaakbaar; toegankelijk; toeschietelijk; voorkomend; wellevend; welopgevoed |
supple | buigzaam; flexibel; meegaand; soepel | buigbaar; flexibel; lenig; soepel |
yielding | buigzaam; flexibel; meegaand; soepel | gedwee; gewillig; inschikkelijk; meegaand; soepel; toegeeflijk; toegevend |