Dutch
Detailed Translations for kristalliseren from Dutch to English
kristalliseren:
kristalliseren verb (kristalliseer, kristalliseert, kristalliseerde, kristalliseerden, gekristalliseerd)
-
kristalliseren
Conjugations for kristalliseren:
o.t.t.
- kristalliseer
- kristalliseert
- kristalliseert
- kristalliseren
- kristalliseren
- kristalliseren
o.v.t.
- kristalliseerde
- kristalliseerde
- kristalliseerde
- kristalliseerden
- kristalliseerden
- kristalliseerden
v.t.t.
- ben gekristalliseerd
- bent gekristalliseerd
- is gekristalliseerd
- zijn gekristalliseerd
- zijn gekristalliseerd
- zijn gekristalliseerd
v.v.t.
- was gekristalliseerd
- was gekristalliseerd
- was gekristalliseerd
- waren gekristalliseerd
- waren gekristalliseerd
- waren gekristalliseerd
o.t.t.t.
- zal kristalliseren
- zult kristalliseren
- zal kristalliseren
- zullen kristalliseren
- zullen kristalliseren
- zullen kristalliseren
o.v.t.t.
- zou kristalliseren
- zou kristalliseren
- zou kristalliseren
- zouden kristalliseren
- zouden kristalliseren
- zouden kristalliseren
en verder
- heb gekristalliseerd
- hebt gekristalliseerd
- heeft gekristalliseerd
- hebben gekristalliseerd
- hebben gekristalliseerd
- hebben gekristalliseerd
diversen
- kristalliseer!
- kristalliseert!
- gekristalliseerd
- kristalliserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for kristalliseren:
Verb | Related Translations | Other Translations |
crystalise | kristalliseren | versuikeren |
crystalize | kristalliseren | versuikeren |
crystallise | kristalliseren | versuikeren |
crystallize | kristalliseren | versuikeren |
glaze | kristalliseren | glaceren; glanzig verven; glazuren; met glazuur bedekken; satineren; verglazen |
Wiktionary Translations for kristalliseren:
kristalliseren
verb
-
ordeningsproces
- kristalliseren → crystallize
-
doen ordenen
- kristalliseren → crystallize