Dutch
Detailed Translations for laatstelijk from Dutch to English
laatstelijk:
-
laatstelijk
-
laatstelijk (onlangs; kortgeleden; recentelijk; laatst; pas; kortelings)
Translation Matrix for laatstelijk:
Noun | Related Translations | Other Translations |
last | achterste; benjamin; hekkensluiters; jongste; laatste; laatsten; laatstgeboren; laatstgeborene; leest; vorige | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
last | blijven; duren | |
Adverb | Related Translations | Other Translations |
lately | kortelings; kortgeleden; laatst; laatstelijk; onlangs; pas; recentelijk | |
recently | kortelings; kortgeleden; laatst; laatstelijk; onlangs; pas; recentelijk | net; nog maar pas; recent |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
last | laatstelijk | achterste; afgelopen; finaal; jongstleden; laatste; laatstgenoemd; verleden; vorig |
the other day | kortelings; kortgeleden; laatst; laatstelijk; onlangs; pas; recentelijk |