Dutch
Detailed Translations for omlaagbrengen from Dutch to English
omlaagbrengen:
-
omlaagbrengen
to bring down
Conjugations for omlaagbrengen:
o.t.t.
- breng omlaag
- brengt omlaag
- brengt omlaag
- brengen omlaag
- brengen omlaag
- brengen omlaag
o.v.t.
- bracht omlaag
- bracht omlaag
- bracht omlaag
- brachten omlaag
- brachten omlaag
- brachten omlaag
v.t.t.
- heb omlaaggebracht
- hebt omlaaggebracht
- heeft omlaaggebracht
- hebben omlaaggebracht
- hebben omlaaggebracht
- hebben omlaaggebracht
v.v.t.
- had omlaaggebracht
- had omlaaggebracht
- had omlaaggebracht
- hadden omlaaggebracht
- hadden omlaaggebracht
- hadden omlaaggebracht
o.t.t.t.
- zal omlaagbrengen
- zult omlaagbrengen
- zal omlaagbrengen
- zullen omlaagbrengen
- zullen omlaagbrengen
- zullen omlaagbrengen
o.v.t.t.
- zou omlaagbrengen
- zou omlaagbrengen
- zou omlaagbrengen
- zouden omlaagbrengen
- zouden omlaagbrengen
- zouden omlaagbrengen
en verder
- ben omlaaggebracht
- bent omlaaggebracht
- is omlaaggebracht
- zijn omlaaggebracht
- zijn omlaaggebracht
- zijn omlaaggebracht
diversen
- breng omlaag!
- brengt omlaag!
- omlaaggebracht
- omlaagbrengend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for omlaagbrengen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
bring down | omlaagbrengen | afwaarderen; devalueren; naar beneden brengen; neerbrengen; neerhalen; neerleggen; neersabelen; onderuit halen; ten val brengen; wippen |