Dutch
Detailed Translations for opgeheven from Dutch to English
opgeheven:
-
opgeheven (uiteengegaan; ontbonden; uiteengevallen)
dissolved; separated; fallen apart; divorced; apart-
dissolved adj
-
separated adj
-
fallen apart adj
-
divorced adj
-
apart adj
-
Translation Matrix for opgeheven:
Adjective | Related Translations | Other Translations |
dissolved | ontbonden; opgeheven; uiteengegaan; uiteengevallen | opgelost |
divorced | ontbonden; opgeheven; uiteengegaan; uiteengevallen | |
separated | ontbonden; opgeheven; uiteengegaan; uiteengevallen | afgescheiden; gesepareerd |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
apart | ontbonden; opgeheven; uiteengegaan; uiteengevallen | afzonderlijk; alleenstaand; apart; gescheiden; los van elkaar; losstaand; op zich; op zichzelf staand; separaat; uit elkaar; uit elkander; uiteen; uitelkaar; van elkaar; van elkander; vaneen; vrijstaand |
fallen apart | ontbonden; opgeheven; uiteengegaan; uiteengevallen |
opgeheven form of opheffen:
-
opheffen (opdoeken)
-
opheffen (teniet doen; verijdelen; nullificeren; vernietigen; ondervangen)
-
opheffen (optillen; heffen; tillen; omhoog brengen; lichten; omhoogheffen)
– omhoog tillen 1 -
opheffen (omhoog heffen; heffen; hijsen)
-
opheffen (teniet doen; terugdraaien; nullificeren; vernietigen; ondervangen)
-
opheffen (uiteen doen gaan; ontbinden)
-
opheffen (verbreken; beëindigen; afbreken; ontbinden; stukmaken; verbrijzelen; forceren)
Conjugations for opheffen:
o.t.t.
- hef op
- heft op
- heft op
- heffen op
- heffen op
- heffen op
o.v.t.
- hief op
- hief op
- hief op
- hieven op
- hieven op
- hieven op
v.t.t.
- heb opgeheven
- hebt opgeheven
- heeft opgeheven
- hebben opgeheven
- hebben opgeheven
- hebben opgeheven
v.v.t.
- had opgeheven
- had opgeheven
- had opgeheven
- hadden opgeheven
- hadden opgeheven
- hadden opgeheven
o.t.t.t.
- zal opheffen
- zult opheffen
- zal opheffen
- zullen opheffen
- zullen opheffen
- zullen opheffen
o.v.t.t.
- zou opheffen
- zou opheffen
- zou opheffen
- zouden opheffen
- zouden opheffen
- zouden opheffen
en verder
- ben opgeheven
- bent opgeheven
- is opgeheven
- zijn opgeheven
- zijn opgeheven
- zijn opgeheven
diversen
- hef op!
- heft op!
- opgeheven
- opheffend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
opheffen (herroepen; terugnemen; intrekken)
-
opheffen (beëindigen; opheffing)
Translation Matrix for opheffen:
Related Words for "opheffen":
Synonyms for "opheffen":
Antonyms for "opheffen":
Related Definitions for "opheffen":
Wiktionary Translations for opheffen:
opheffen
Cross Translation:
verb
opheffen
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• opheffen | → liquidate | ↔ liquider — Régler définitivement une affaire en cours |
• opheffen | → get rid of; abolish; delete; annul; nullify | ↔ supprimer — Traductions à trier suivant le sens |
• opheffen | → finish; stop; discontinue; end; halt; lift; prorogue; quell; staunch; abate; terminate; conclude | ↔ terminer — borner, limiter. |