Dutch
Detailed Translations for overwaarderen from Dutch to English
overwaarderen:
-
overwaarderen
Conjugations for overwaarderen:
o.t.t.
- overwaardeer
- overwaardeert
- overwaardeert
- overwaarderen
- overwaarderen
- overwaarderen
o.v.t.
- overwaardeerde
- overwaardeerde
- overwaardeerde
- overwaardeerden
- overwaardeerden
- overwaardeerden
v.t.t.
- ben overgewaardeerd
- bent overgewaardeerd
- is overgewaardeerd
- zijn overgewaardeerd
- zijn overgewaardeerd
- zijn overgewaardeerd
v.v.t.
- was overgewaardeerd
- was overgewaardeerd
- was overgewaardeerd
- waren overgewaardeerd
- waren overgewaardeerd
- waren overgewaardeerd
o.t.t.t.
- zal overwaarderen
- zult overwaarderen
- zal overwaarderen
- zullen overwaarderen
- zullen overwaarderen
- zullen overwaarderen
o.v.t.t.
- zou overwaarderen
- zou overwaarderen
- zou overwaarderen
- zouden overwaarderen
- zouden overwaarderen
- zouden overwaarderen
en verder
- heb overgewaardeerd
- hebt overgewaardeerd
- heeft overgewaardeerd
- hebben overgewaardeerd
- hebben overgewaardeerd
- hebben overgewaardeerd
diversen
- overwaardeer!
- overwaardeert!
- overgewaardeerd
- overwaarderend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for overwaarderen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
overestimate | overwaarderen | overschatten |
overrate | overwaarderen | |
overvalue | overwaarderen |