Translate penen from Dutch to English

Summary

Dutch to English: more detail...

pen:
- pen; ballpoint; ball pen; pin; peg; plug; stylus; fountain-pen; Biro; ballpen; ballpoint pen
Wiktionary:
- pen → pen, feather
- pen → butt, peg, cotter-pin, cotter, cotter pin

Dutch

Detailed Translations for penen from Dutch to English

de pen (ballpoint; balpen)

– voorwerp om met inkt te schrijven ¹
the pen
– a writing implement with a point from which ink flows ²
- pen [the ~] noun
the ballpoint
– a pen that has a small metal ball as the point of transfer of ink to paper ²
- ballpoint [the ~] noun
the ball pen
- ball pen [the ~] noun
de pen (pin; klem)
the pin; the peg; the plug
- pin [the ~] noun
- peg [the ~] noun
- plug [the ~] noun
de pen (schrijfstift)
the stylus; the pen
- stylus [the ~] noun
- pen [the ~] noun
de pen (vulpen)
the fountain-pen
- fountain-pen [the ~] noun
de pen (balpen)

– voorwerp om met inkt te schrijven ¹
the ballpoint; the Biro; the ballpen; the ballpoint pen
– a pen that has a small metal ball as the point of transfer of ink to paper ²
- ballpoint [the ~] noun
- Biro [the ~] noun
- ballpen [the ~] noun
- ballpoint pen [the ~] noun

Noun	Related Translations	Other Translations
Biro	balpen; pen
ball pen	ballpoint; balpen; pen
ballpen	balpen; pen
ballpoint	ballpoint; balpen; pen	schrijfstiften
ballpoint pen	balpen; pen
fountain-pen	pen; vulpen
peg	klem; pen; pin	borgmoer; borrel; haak; haakje; keg; keil; muurplug; neut; ophanghaak; ophanghaakje; plug; spie; staande receptie; wig
pen	ballpoint; balpen; pen; schrijfstift	babybox; box; dierenverblijfplaats; griffel; grift; hok; schaapskooi; schapehok; schapenstal; schrijfstift; schrijfstiften; stal
pin	klem; pen; pin	borgmoer; pin; speld; speldje; spie
plug	klem; pen; pin	muurplug; plug; steekcontact; stekker; stekkertje
stylus	pen; schrijfstift	griffel; grift; schrijfstift; stylus; tabletpen
Verb	Related Translations	Other Translations
pin		dichtspelden; pinnen; spelden; vastmaken; vastpinnen; vastprikken; vastspelden
plug		adverteren; dichten; dichtmaken; dichtstoppen; per advertentie aanbieden; stoppen

smalle harde draad om mee te breien¹
- ik heb twee pennen gebreid¹
voorwerp om met inkt te schrijven¹
- deze pen schrijft erg mooi¹
houten of metalen stift waarmee je iets vastzet¹
- de nieuwe heup is met een pen vastgezet¹

pen

noun

pen

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• pen	→ butt; peg; cotter-pin	↔ about — constr\|fr extrémité par laquelle une pièce de charpente, de menuiserie ou de métal est assemblée avec une autre.
• pen	→ cotter; cotter pin	↔ clavette — (Cyclisme)