Summary
Dutch
Detailed Translations for roeit from Dutch to English
roeien:
-
roeien
Conjugations for roeien:
o.t.t.
- roei
- roeit
- roeit
- roeien
- roeien
- roeien
o.v.t.
- roeide
- roeide
- roeide
- roeiden
- roeiden
- roeiden
v.t.t.
- heb geroeid
- hebt geroeid
- heeft geroeid
- hebben geroeid
- hebben geroeid
- hebben geroeid
v.v.t.
- had geroeid
- had geroeid
- had geroeid
- hadden geroeid
- hadden geroeid
- hadden geroeid
o.t.t.t.
- zal roeien
- zult roeien
- zal roeien
- zullen roeien
- zullen roeien
- zullen roeien
o.v.t.t.
- zou roeien
- zou roeien
- zou roeien
- zouden roeien
- zouden roeien
- zouden roeien
diversen
- roei!
- roeit!
- geroeid
- roeiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for roeien:
Noun | Related Translations | Other Translations |
row | aaneenschakeling; botsing; colonne; conflict; cyclus; dispuut; file; gelid; keten; ketting; meningsverschil; onenigheid; record; reeks; rij; rijtje; roeitochtje; ruzie; serie; snoer; stennis; twist; woordenwisseling | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
row | roeien | |
scull | roeien |
Wiktionary Translations for roeien:
roeien
roeien
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• roeien | → rowing | ↔ Rudern — Sportart, bei der ein Boot mithilfe eines Ruders fortbewegt wird |
• roeien | → row | ↔ rudern — sich unter Zuhilfenahme von Riemen oder Skulls in einem Ruderboot fortbewegen |
• roeien | → oar; rowing | ↔ aviron — rame |
• roeien | → measure | ↔ mesurer — Chercher à connaître, ou déterminer une quantité par le moyen d’une mesure. |
• roeien | → row | ↔ ramer — Manœuvrer la rame |