Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. soelaas:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for soelaas from Dutch to English

soelaas:

soelaas [het ~] noun

  1. het soelaas
    the solace; the comfort

Translation Matrix for soelaas:

NounRelated TranslationsOther Translations
comfort soelaas behaaglijkheid; bemoediging; comfort; gerief; geriefelijkheid; gerieflijkheid; opmontering; troost; troosting; vertroosting
solace soelaas solaas; troost; troosting; vertroosting
VerbRelated TranslationsOther Translations
comfort bemoedigen; blij maken; ondersteunen; opbeuren; opfleuren; opmonteren; troosten; verkwikken; vertroosten; vrolijker worden
solace bemoedigen; opbeuren

Wiktionary Translations for soelaas:

soelaas
noun
  1. consolation
  2. source of comfort