Dutch
Detailed Translations for spatiëren from Dutch to English
spatiëren:
-
spatiëren (van spaties voorzien; spatieren)
Translation Matrix for spatiëren:
Noun | Related Translations | Other Translations |
interspace | spatie | |
space | Space; afstand; distantie; eindpunt; heelal; kloof; luchtruim; opening; periode; ruimte; spatie; spleet; termijn; tijdsbestek; tijdsduur; tussenruimte; uitsparing; universum; wereldruimte | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
interspace | spatieren; spatiëren; van spaties voorzien | |
space | spatieren; spatiëren; van spaties voorzien |