Dutch
Detailed Translations for strepend from Dutch to English
strepend form of strepen:
-
strepen (strepen trekken)
Conjugations for strepen:
o.t.t.
- streep
- streept
- streept
- strepen
- strepen
- strepen
o.v.t.
- streepte
- streepte
- streepte
- streepten
- streepten
- streepten
v.t.t.
- ben getreept
- bent getreept
- is getreept
- zijn getreept
- zijn getreept
- zijn getreept
v.v.t.
- was getreept
- was getreept
- was getreept
- waren getreept
- waren getreept
- waren getreept
o.t.t.t.
- zal strepen
- zult strepen
- zal strepen
- zullen strepen
- zullen strepen
- zullen strepen
o.v.t.t.
- zou strepen
- zou strepen
- zou strepen
- zouden strepen
- zouden strepen
- zouden strepen
diversen
- streep!
- streept!
- getreept
- strepend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for strepen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
line | aansluiting; afzetlint; colonne; connectie; contact; file; gelid; koord; kordon; lijn; lijntje; linie; lint; politielint; regel; rij; schriftlijn; streep; streepje; verbinding | |
stripe | lijn; linie; streep; striemen in de huid | |
stripes | strepen | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
line | strepen; strepen trekken | belijnen; lijnen; liniëren; van lijnen voorzien |
lineate | strepen; strepen trekken | belijnen; liniëren; van lijnen voorzien |
stripe | strepen; strepen trekken | belijnen; liniëren; van lijnen voorzien |
Related Words for "strepen":
External Machine Translations: