Summary
Dutch to English: more detail...
- uitstippelen:
-
Wiktionary:
- uitstippelen → sketch, outline, sketch out, plan, adumbrate
Dutch
Detailed Translations for uitstippelen from Dutch to English
uitstippelen:
-
uitstippelen (uitzetten)
Conjugations for uitstippelen:
o.t.t.
- stippel uit
- stippelt uit
- stippelt uit
- stippelen uit
- stippelen uit
- stippelen uit
o.v.t.
- stippelde uit
- stippelde uit
- stippelde uit
- stippelden uit
- stippelden uit
- stippelden uit
v.t.t.
- heb uitgestippeld
- hebt uitgestippeld
- heeft uitgestippeld
- hebben uitgestippeld
- hebben uitgestippeld
- hebben uitgestippeld
v.v.t.
- had uitgestippeld
- had uitgestippeld
- had uitgestippeld
- hadden uitgestippeld
- hadden uitgestippeld
- hadden uitgestippeld
o.t.t.t.
- zal uitstippelen
- zult uitstippelen
- zal uitstippelen
- zullen uitstippelen
- zullen uitstippelen
- zullen uitstippelen
o.v.t.t.
- zou uitstippelen
- zou uitstippelen
- zou uitstippelen
- zouden uitstippelen
- zouden uitstippelen
- zouden uitstippelen
en verder
- ben uitgestippeld
- bent uitgestippeld
- is uitgestippeld
- zijn uitgestippeld
- zijn uitgestippeld
- zijn uitgestippeld
diversen
- stippel uit!
- stippelt uit!
- uitgestippeld
- uitstippelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for uitstippelen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
clearly define | uitstippelen; uitzetten | afbakenen; afpalen; afzetten; begrenzen; omlijnen |
Wiktionary Translations for uitstippelen:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• uitstippelen | → sketch; outline | ↔ skizzieren — (transitiv) übertragenen: etwas gerafft, stichwortartig darstellen |
• uitstippelen | → sketch; outline | ↔ skizzieren — (transitiv) übertragenen: etwas konzeptuell, notizenhaft entwerfen |
• uitstippelen | → sketch; sketch out; outline; plan; adumbrate | ↔ esquisser — (term, Beaux-Arts) dessiner, prendre en esquisse. |