Summary
Dutch to English: more detail...
- vooruitkomen:
-
Wiktionary:
- vooruitkomen → advance, make headway
- vooruitkomen → prosper, flourish, thrive
Dutch
Detailed Translations for vooruitkomen from Dutch to English
vooruitkomen:
-
vooruitkomen (erop vooruit gaan; vorderen)
to get better -
vooruitkomen (verder komen; vorderen)
-
vooruitkomen (uit een minder gunstige positie vooruitkomen; opwerken; jezelf opwerken)
Conjugations for vooruitkomen:
o.t.t.
- kom vooruit
- komt vooruit
- komt vooruit
- komen vooruit
- komen vooruit
- komen vooruit
o.v.t.
- kwam vooruit
- kwam vooruit
- kwam vooruit
- kwamen vooruit
- kwamen vooruit
- kwamen vooruit
v.t.t.
- ben vooruit gekomen
- bent vooruit gekomen
- is vooruit gekomen
- zijn vooruit gekomen
- zijn vooruit gekomen
- zijn vooruit gekomen
v.v.t.
- was vooruit gekomen
- was vooruit gekomen
- was vooruit gekomen
- waren vooruit gekomen
- waren vooruit gekomen
- waren vooruit gekomen
o.t.t.t.
- zal vooruitkomen
- zult vooruitkomen
- zal vooruitkomen
- zullen vooruitkomen
- zullen vooruitkomen
- zullen vooruitkomen
o.v.t.t.
- zou vooruitkomen
- zou vooruitkomen
- zou vooruitkomen
- zouden vooruitkomen
- zouden vooruitkomen
- zouden vooruitkomen
diversen
- kom vooruit!
- komt vooruit!
- vooruit gekomen
- vooruitkomend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for vooruitkomen:
Wiktionary Translations for vooruitkomen:
vooruitkomen
Cross Translation:
verb
-
vorderingen maken op weg naar iets
- vooruitkomen → advance; make headway
-
een betere positie krijgen
- vooruitkomen → advance; make headway
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vooruitkomen | → prosper; flourish; thrive | ↔ prospérer — Être heureux, avoir la fortune favorable. |