Dutch
Detailed Translations for zaligheid from Dutch to English
zaligheid:
-
de zaligheid (verlossing)
the redemption; the salvation; the delight; the deliverance; the bliss; the release; the happiness; the rescue; the liberation -
de zaligheid (zegen; voorspoed; zegening; gezegende toestand; heil; zegenen)
-
de zaligheid (rijk van God; hemelrijk; verblijf der gelukzaligen)
Translation Matrix for zaligheid:
Related Words for "zaligheid":
zaligheid form of zalig:
-
zalig (goddelijk; heerlijk; paradijselijk; verrukkelijk; hemels)
-
zalig (verrukkelijk; mieters; heerlijk)
delightful; delicious; paradisiacal; cherubic; glorious; ravishing-
delightful adj
-
delicious adj
-
paradisiacal adj
-
cherubic adj
-
glorious adj
-
ravishing adj
-
-
zalig (verheerlijkt; heilig; glorierijk)
illustrious; blessed; renowned; glorious; divine-
illustrious adj
-
blessed adj
-
renowned adj
-
glorious adj
-
divine adj
-
-
zalig (reuzelekker; smakelijk; heerlijk; lekker; kostelijk; verrukkelijk; hemels; overheerlijk)
delicious; exquisite; very tasteful; delightful; heavenly-
delicious adj
-
exquisite adj
-
very tasteful adj
-
delightful adj
-
heavenly adj
-
-
zalig (zielsgelukkig; gelukzalig; verrukt)
Translation Matrix for zalig:
Related Words for "zalig":
Wiktionary Translations for zalig:
zalig
Cross Translation:
adjective
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• zalig | → blessed | ↔ selig — Religion: himmlischer Wonnen teilhaftig |
• zalig | → blissful; overjoyed; ecstatic | ↔ selig — von starkem Hochgefühl erfüllt |
• zalig | → beatified; blessed; blissful | ↔ béatifique — théol|fr Qui procure la béatitude. |
• zalig | → delicious; delightful | ↔ délicieux — Qui procure des délices. |