Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. paddel:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for paddel from Dutch to Spanish

paddel:

paddel [de ~ (m)] noun

  1. de paddel (schoep van een scheprad)
    el canalete; la paleta; la pala

Translation Matrix for paddel:

NounRelated TranslationsOther Translations
canalete paddel; schoep van een scheprad peddel
pala paddel; schoep van een scheprad blik; grijparm; hakhout; metaal; peddel; schep; scheplepel; schop; slaghout; spade; tin; vangarm
paleta paddel; schoep van een scheprad boerentrien; palet; schilderspalet

Related Words for "paddel":

  • paddelen, paddels, paddeltje, paddeltjes

Wiktionary Translations for paddel:


Cross Translation:
FromToVia
paddel álabe aube — planche fixée à la circonférence d’une roue