Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. lawaai:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for lawaai from Dutch to Spanish

lawaai:

lawaai [het ~] noun

  1. het lawaai (kabaal; rumoer; spektakel; herrie; leven)
    el ruido; el tumulto; el barullo; el estruendo; la aglomeración; la afluencia; la agitación
  2. het lawaai (tumult; herrie)
    el ruido; el estruendo; el estrépito
  3. het lawaai (tumult; pandemonium; opschudding; )
    el alboroto
  4. het lawaai
    el ruido

Translation Matrix for lawaai:

NounRelated TranslationsOther Translations
afluencia herrie; kabaal; lawaai; leven; rumoer; spektakel drom; heil; het toestromen; het toevloeien; massa; menigte; mensenmassa; oploopje; samenkomst; toeloop; toestroom; troep; voorspoed; welzijn
agitación herrie; kabaal; lawaai; leven; rumoer; spektakel agitatie; beroering; deining; drukte; gedoe; gedraaf; gedrang; gehaast; geharrewar; gehol; gejaag; gejaagdheid; gejacht; gejakker; gewoel; omhaal; ongedurigheid; onrust; onrustigheid; ophef; oproer; opruiing; opschudding; opstand; opstootje; opzien; rel; rep; roerigheid; schommeling; sensatie; stress; toeloop; toevloed; turbulentie; verwarring; volksoproer; vuistgevecht; werveling; wiegeling; zeegang
aglomeración herrie; kabaal; lawaai; leven; rumoer; spektakel agglomeratie; drukte; gedrang; opeenhoping; opstopping; opstuwing; toeloop; toevloed; verstopping
alboroto beroering; drukte; geraas; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; tumult burengerucht; burenoverlast; deining; drukte; gebrul; gebulder; gedrang; gedruis; geharrewar; gekrijs; geluid; geschreeuw; misbaar; oproer; opschudding; opstand; opstootje; opzien; ordeverstoring; rel; rumoer; rustverstoring; schommeling; sensatie; stampei; stennis; tamtam; toeloop; toevloed; tumult; verwarring; volksoproer; vuistgevecht; wiegeling; zeegang
barullo herrie; kabaal; lawaai; leven; rumoer; spektakel donderslagen; drukte; gedoe; gedonder; gedonderjaag; gedrang; geravot; gestoei; heisa; luidruchtigheid; omhaal; oploop; soepzootje; stoeierij; stoeipartij; toeloop; toestand; toevloed
estruendo herrie; kabaal; lawaai; leven; rumoer; spektakel; tumult afstorten; gebrul; gebulder; gedreun; gedruis; gekrijs; geloei; geluid; geraas; geschreeuw; loeien van de wind; neerstorten; ontlading; plotselinge uitbarsting; rumoer; tumult
estrépito herrie; lawaai; tumult gebrom; gedruis; gemurmel; geroezemoes; rumoer; tumult
ruido herrie; kabaal; lawaai; leven; rumoer; spektakel; tumult gebrom; gedruis; gezoem; klank; klankgeluid; luidruchtigheid; rumoer; toon; tumult
tumulto herrie; kabaal; lawaai; leven; rumoer; spektakel chaos; gedruis; geharrewar; geluid; heksenketel; keet; luidruchtigheid; oproer; opstand; opstootje; ordeverstoring; puinhoop; regelloosheid; rel; rumoer; stennis; stoornis; tumult; verstoring; volksoproer; vuistgevecht; wanorde; wanordelijkheid; zootje
- leven

Related Words for "lawaai":

  • lawaaien

Synonyms for "lawaai":


Antonyms for "lawaai":


Related Definitions for "lawaai":

  1. veel en onaangenaam geluid1
    • wat maken ze weer een lawaai bij de buren!1

Wiktionary Translations for lawaai:

lawaai
noun
  1. luid en storend geluid

Cross Translation:
FromToVia
lawaai ruido noise — various sounds, usually unwanted
lawaai ruido bruit — Manifestation sonore déplaisante

Related Translations for lawaai