Dutch
Detailed Translations for draaideur from Dutch to Spanish
draaideur: (*Using Word and Sentence Splitter)
- draai: sinuosidad; enlace; lazo; nudo corredizo; cambio; giro; vuelco; vuelta; arco; curva; revuelta; curvatura; cimbreo; distorsión; tergiversación; retorcimiento; falseamiento
- deur: éxito; paso; puerta; entrada
- draaien: dar; regresar; girar; rodar; apartar; tornar; hacer girar; tornarse; dar vueltas sobre su eje; girar sobre su eje; hacer rodar; caer en; dar vueltas; arremolinar; arremolinarse; dar vueltas a; dar la vuelta; cambiar de dirección; rotación
Spelling Suggestions for: draaideur
Wiktionary Translations for draaideur:
draaideur
noun
-
constructie van drie of vier deurbladen die rondom een gezamenlijke verticale as kunnen draaien, ter vervanging van een gewone deur m.n. gebruikt in winkels, ziekenhuizen enz.
- draaideur → puerta giratoria
External Machine Translations: