Dutch
Detailed Translations for ontdekken from Dutch to Spanish
ontdekken:
Conjugations for ontdekken:
o.t.t.
- ontdek
- ontdekt
- ontdekt
- ontdekken
- ontdekken
- ontdekken
o.v.t.
- ontdekte
- ontdekte
- ontdekte
- ontdekten
- ontdekten
- ontdekten
v.t.t.
- heb ontdekt
- hebt ontdekt
- heeft ontdekt
- hebben ontdekt
- hebben ontdekt
- hebben ontdekt
v.v.t.
- had ontdekt
- had ontdekt
- had ontdekt
- hadden ontdekt
- hadden ontdekt
- hadden ontdekt
o.t.t.t.
- zal ontdekken
- zult ontdekken
- zal ontdekken
- zullen ontdekken
- zullen ontdekken
- zullen ontdekken
o.v.t.t.
- zou ontdekken
- zou ontdekken
- zou ontdekken
- zouden ontdekken
- zouden ontdekken
- zouden ontdekken
en verder
- ben ontdekt
- bent ontdekt
- is ontdekt
- zijn ontdekt
- zijn ontdekt
- zijn ontdekt
diversen
- ontdek!
- ontdekt!
- ontdekt
- ontdekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for ontdekken:
Verb | Related Translations | Other Translations |
dar con | ontdekken; vinden | aanvaren |
descrubir | ontdekken; vinden | |
encontrar | ontdekken; vinden | aanboren; aantreffen; beroeren; boren; lokaliseren; oprijzen; opsporen; raken; rijzen; tegenkomen; traceren; treffen; vinden |
encontrarse | ontdekken; vinden | aantreffen; afspreken; bij elkaar komen; bijeen komen; elkaar ontmoeten; elkaar zien; ergens verkeren; gelegen zijn; liggen; ontmoeten; samenkomen; tegenkomen; treffen; uithangen; verkeren; verzamelen; vinden; zich bevinden; zijn |
sacar en claro | ontdekken; ontwaren; opsporen | ontcijferen; ontwarren; oplossen; tot een oplossing brengen |
solucionar | ontdekken; ontwaren; opsporen | afdoen; in orde maken; klaren; ontcijferen; ontknopen; ontraadselen; ontrafelen; ontwarren; oplossen; regelen; tot een oplossing brengen |
- | erachterkomen |
Synonyms for "ontdekken":
Related Definitions for "ontdekken":
Wiktionary Translations for ontdekken:
ontdekken
Cross Translation:
verb
-
ergens achter komen
- ontdekken → descubrir
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• ontdekken | → descubrir | ↔ discover — find something for the first time |
• ontdekken | → averiguar; descubrir | ↔ find out — to discover |
• ontdekken | → descubrir | ↔ découvrir — dégarnir de ce qui couvrir. |
• ontdekken | → hurtar; sustraer; descortezar; pelar; despojar; mondar; descubrir | ↔ dépouiller — Traductions à trier suivant le sens |