Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. tarief:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for tarief from Dutch to Spanish

tarief:

tarief [het ~] noun

  1. het tarief
    la tarifa; la lista de precios

Translation Matrix for tarief:

NounRelated TranslationsOther Translations
lista de precios tarief prijslijst; prijsschaal; tarievenlijst
tarifa tarief prijslijst; tarievenlijst

Related Words for "tarief":


Related Definitions for "tarief":

  1. vast bedrag dat je moet betalen1
    • het tarief van een retour Zaandam-Amsterdam is 6 gulden1

Wiktionary Translations for tarief:

tarief
noun
  1. een vastgesteld bedrag per eenheid

Cross Translation:
FromToVia
tarief tarifa; arancel tariff — duties imposed