Dutch
Detailed Translations for afdruiprek from Dutch to Spanish
afdruiprek: (*Using Word and Sentence Splitter)
- afdruipen: correr; verter; gotear; chorrear; filtrar; salirse; escabullirse; rezumar; divulgarse; filtrarse; resudar; gota a gota; retirarse con las orejas gachas; escurrir
- rek: elasticidad; correosidad; verja; andamio; estantería; tabla; secador; parrilla; rejilla; tendedero; espaldar; enrejado; alambrera; emparrado; enrejonado; armazón de tablas
Spelling Suggestions for: afdruiprek
Wiktionary Translations for afdruiprek:
afdruiprek
noun
-
een open raamwerk waarin pasgewassen vaatwerk gezet wordt om het aanhangende vocht af te laten vloeien
- afdruiprek → escurreplatos
External Machine Translations: