Summary
Dutch to Spanish: more detail...
- betrokken:
- betrekken:
-
Wiktionary:
- betrokken → cubierto
- betrokken → adusto, encapotado, cubierto, oscuro, sombrío, triste, mohino
- betrekken → ocupar, adquirir, obtener, relacionar, envolver, implicar, nublarse, aborrascarse, cargarse, cubrirse, encapotarse, obscurecerse, cerrarse, ofuscarse
- betrekken → enredar, embrollar
Dutch
Detailed Translations for betrokken from Dutch to Spanish
betrokken:
-
betrokken (ermee gemoeid zijn)
-
betrokken (sip; teleurgesteld; beteuterd)
Translation Matrix for betrokken:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
comprometido | betrokken; ermee gemoeid zijn | gebonden; niet vrij; onvrij |
decepcionado | beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld | |
desconcertado | beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld | achterlijk; bedeesd; bedremmeld; beschroomd; bleu; diffuus; dwaas; eigenaardig; geestelijk verward; gek; geremd; geschift; geschokt; gestoord; getroffen; idioot; idioterig; in de war; ingehouden; krankjorum; krankzinnig; maf; mal; mesjogge; met de mond vol tanden; met open mond; niet goed snik; ondersteboven; onthutst; ontredderd; ontsteld; ontzet; paf; perplex; schroomvallig; schuchter; sprakeloos; stupide; timide; typisch; vaag waarneembaar; van streek; verbaasd; verbijsterd; verbluft; verlegen; verschrikt; verstomd; verward; verwonderd; vreemd; zot |
implicado | betrokken; ermee gemoeid zijn |
Related Words for "betrokken":
betrokken form of betrekken:
-
betrekken
Conjugations for betrekken:
o.t.t.
- betrek
- betrekt
- betrekt
- betrekken
- betrekken
- betrekken
o.v.t.
- betrok
- betrok
- betrok
- betrokken
- betrokken
- betrokken
v.t.t.
- heb betrokken
- hebt betrokken
- heeft betrokken
- hebben betrokken
- hebben betrokken
- hebben betrokken
v.v.t.
- had betrokken
- had betrokken
- had betrokken
- hadden betrokken
- hadden betrokken
- hadden betrokken
o.t.t.t.
- zal betrekken
- zult betrekken
- zal betrekken
- zullen betrekken
- zullen betrekken
- zullen betrekken
o.v.t.t.
- zou betrekken
- zou betrekken
- zou betrekken
- zouden betrekken
- zouden betrekken
- zouden betrekken
en verder
- ben betrokken
- bent betrokken
- is betrokken
- zijn betrokken
- zijn betrokken
- zijn betrokken
diversen
- betrek!
- betrekt!
- betrokken
- betrekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for betrekken:
Verb | Related Translations | Other Translations |
encapotarse | betrekken | |
nublarse | betrekken |
Related Definitions for "betrekken":
Wiktionary Translations for betrekken:
betrekken
Cross Translation:
verb
-
een woning betrekken
- betrekken → ocupar
-
kopen
-
in verband of relatie brengen (met)
- betrekken → relacionar
-
betrekken bij
-
bewolkt raken
- betrekken → nublarse; aborrascarse; cargarse; cubrirse; encapotarse; obscurecerse; cerrarse
-
somber worden
- betrekken → obscurecerse; ofuscarse
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• betrekken | → enredar; embrollar | ↔ empêtrer — engager dans des entraves, dans ce qui gêner. — note Il se dit proprement parler des pieds, des jambes. |
• betrekken | → enredar; embrollar | ↔ entortiller — envelopper un objet dans quelque chose que l’on tortiller ou tortiller quelque chose autour d’un objet. |
External Machine Translations: