Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. adopteren:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for adopteer from Dutch to Spanish

adopteren:

adopteren verb (adopteer, adopteert, adopteerde, adopteerden, geadopteerd)

  1. adopteren (aannemen)

Conjugations for adopteren:

o.t.t.
  1. adopteer
  2. adopteert
  3. adopteert
  4. adopteren
  5. adopteren
  6. adopteren
o.v.t.
  1. adopteerde
  2. adopteerde
  3. adopteerde
  4. adopteerden
  5. adopteerden
  6. adopteerden
v.t.t.
  1. heb geadopteerd
  2. hebt geadopteerd
  3. heeft geadopteerd
  4. hebben geadopteerd
  5. hebben geadopteerd
  6. hebben geadopteerd
v.v.t.
  1. had geadopteerd
  2. had geadopteerd
  3. had geadopteerd
  4. hadden geadopteerd
  5. hadden geadopteerd
  6. hadden geadopteerd
o.t.t.t.
  1. zal adopteren
  2. zult adopteren
  3. zal adopteren
  4. zullen adopteren
  5. zullen adopteren
  6. zullen adopteren
o.v.t.t.
  1. zou adopteren
  2. zou adopteren
  3. zou adopteren
  4. zouden adopteren
  5. zouden adopteren
  6. zouden adopteren
diversen
  1. adopteer!
  2. adopteert!
  3. geadopteerd
  4. adopterende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

adopteren [znw.] noun

  1. adopteren (aannemen)
    la adoptir
  2. adopteren (adoptie; aanneming)
    la adopción; la asunción

Translation Matrix for adopteren:

NounRelated TranslationsOther Translations
adopción aanneming; adopteren; adoptie adoptie; pleegouderschap
adoptir aannemen; adopteren
asunción aanneming; adopteren; adoptie hemelvaart; hemelvaartsdag
VerbRelated TranslationsOther Translations
aceptar aannemen; adopteren aannemen; aanvaarden; accepteren; billijken; goedkeuren; in ontvangst nemen; inwilligen; krijgen; ontvangen; opstrijken; toestaan; vergunnen; voor lief nemen; zich laten gevallen
adoptar aannemen; adopteren annexeren; beroeren; beïnvloeden; een mening aanhangen; een mening zijn toegedaan; inlijven; overnemen; raken; treffen
- aannemen

Synonyms for "adopteren":


Related Definitions for "adopteren":

  1. als kind opnemen in het gezin1
    • ze kunnen zelf geen kinderen krijgen, ze willen een kind adopteren1

Wiktionary Translations for adopteren:

adopteren
verb
  1. een kind aannemen

Cross Translation:
FromToVia
adopteren adoptar; ahijar adopt — to take by choice into relationship, as, child, heir, friend, citizen
adopteren adoptar adoptieren — jemanden als Kind annehmen
adopteren adoptar; ahijar; prohijar; aceptar; admitir; tomar; acoger; recibir; elegir; escoger adopterchoisir quelqu’un pour fils ou pour fille et lui en donner les droits civils en remplir certaines conditions prescrire par la loi.