Dutch
Detailed Translations for annoteert from Dutch to Spanish
annoteren:
-
annoteren
Conjugations for annoteren:
o.t.t.
- annoteer
- annoteert
- annoteert
- annoteren
- annoteren
- annoteren
o.v.t.
- annoteerde
- annoteerde
- annoteerde
- annoteerden
- annoteerden
- annoteerden
v.t.t.
- heb geannoteerd
- hebt geannoteerd
- heeft geannoteerd
- hebben geannoteerd
- hebben geannoteerd
- hebben geannoteerd
v.v.t.
- had geannoteerd
- had geannoteerd
- had geannoteerd
- hadden geannoteerd
- hadden geannoteerd
- hadden geannoteerd
o.t.t.t.
- zal annoteren
- zult annoteren
- zal annoteren
- zullen annoteren
- zullen annoteren
- zullen annoteren
o.v.t.t.
- zou annoteren
- zou annoteren
- zou annoteren
- zouden annoteren
- zouden annoteren
- zouden annoteren
diversen
- annoteer!
- annoteert!
- geannoteerd
- annoterende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
annoteren
Translation Matrix for annoteren:
Noun | Related Translations | Other Translations |
anotación | annoteren | aantekening; briefje; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; krabbelbriefje; noot; notitie; opschrijving; ruchtbaarheid; schrijfsel |
apunte | annoteren | aanslijpen; aantekening; briefje; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; noot; notitie; opschrijving; optekening; schrijfsel |
comentario | annoteren | aanmerking; bemerking; commentaar; kritiek; nadere uitleg; opheldering; opmerking; rapport; reportage; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verhaal; verklaring; verslag; weergave |
Verb | Related Translations | Other Translations |
anotar | annoteren | aantekenen; boeken; inboeken; noteren; op schrift stellen; opschrijven; optekenen; registreren; vastleggen; verzet aantekenen |
Wiktionary Translations for annoteren:
annoteren
verb
-
van kanttekeningen voorzien
- annoteren → anotar; apostillar
External Machine Translations: