Dutch

Detailed Translations for bereik from Dutch to Spanish

bereik:

bereik [het ~] noun

  1. het bereik (reikwijdte; range; verspreidingsgebied; draagwijdte)
    el alcance
  2. het bereik (bandbreedte)
    el alcance; la envergadura
  3. het bereik
    el intervalo
  4. het bereik
    el ámbito
  5. het bereik
    el rango
  6. het bereik
  7. het bereik (zoekbereik)

Translation Matrix for bereik:

NounRelated TranslationsOther Translations
alcance bandbreedte; bereik; draagwijdte; range; reikwijdte; verspreidingsgebied
envergadura bandbreedte; bereik spanbreedte; spanwijdte; vleugelspanning
intervalo bereik interim; interval; kloof; opening; spleet; toonafstand; tussenpoos; tussenruimte; tussentijd; uitsparing
rango bereik gelid; graad; hiërarchie; militaire rang; niveau; peil; rang; rangorde; volgorde
ámbito bereik; zoekbereik kanton; scope
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
cobertura de datos bereik
ámbito de búsqueda bereik; zoekbereik

Wiktionary Translations for bereik:

bereik
noun
  1. de afstand die afgelegd kan worden

Cross Translation:
FromToVia
bereik alcance; ámbito; área compass — area
bereik intervalo range — math: set of values of a function
bereik extensión range — music
bereik ámbito scope — breadth, depth or reach of a subject; a domain
bereik esfera sphere — region in which something or someone is active

bereik form of bereiken:

bereiken verb (bereik, bereikt, bereikte, bereikten, bereikt)

  1. bereiken (doordringen; penetreren in)

Conjugations for bereiken:

o.t.t.
  1. bereik
  2. bereikt
  3. bereikt
  4. bereiken
  5. bereiken
  6. bereiken
o.v.t.
  1. bereikte
  2. bereikte
  3. bereikte
  4. bereikten
  5. bereikten
  6. bereikten
v.t.t.
  1. heb bereikt
  2. hebt bereikt
  3. heeft bereikt
  4. hebben bereikt
  5. hebben bereikt
  6. hebben bereikt
v.v.t.
  1. had bereikt
  2. had bereikt
  3. had bereikt
  4. hadden bereikt
  5. hadden bereikt
  6. hadden bereikt
o.t.t.t.
  1. zal bereiken
  2. zult bereiken
  3. zal bereiken
  4. zullen bereiken
  5. zullen bereiken
  6. zullen bereiken
o.v.t.t.
  1. zou bereiken
  2. zou bereiken
  3. zou bereiken
  4. zouden bereiken
  5. zouden bereiken
  6. zouden bereiken
diversen
  1. bereik!
  2. bereikt!
  3. bereikt
  4. bereikend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for bereiken:

NounRelated TranslationsOther Translations
acercarse naderen; tegemoetkomen
VerbRelated TranslationsOther Translations
acercarse bereiken; doordringen; penetreren in aankomen; aanvliegen; arriveren; benaderen; dichtbijkomen; dichterbij komen; erbij komen; geraken; naderbij komen; naderen; terecht komen; toenaderen
alcanzar bereiken; doordringen; penetreren in aangeven; aanreiken; achteropkomen; behalen; beroeren; binnenbrengen; binnenhalen; brengen; gebukt gaan onder; geraken; geven; inhalen; inlopen; komen tot; langs brengen; meebrengen; raken; reiken; terecht komen; torsen; treffen; verkrijgen; winnen
allegarse bereiken; doordringen; penetreren in geraken; terecht komen
calar bereiken; doordringen; penetreren in beginnen te snappen; beseffen; doordouwen; doorgronden; doorkrijgen; doortrekken met vloeistof; doorzetten; doorzien; doorzien hebben; drenken; inzien; onderkennen; realiseren
llegar a bereiken; doordringen; penetreren in komen tot; raken; reiken; terechtkomen; treffen
lograr bereiken; doordringen; penetreren in ertoe komen; fiksen; flikken; klaarspelen; voor elkaar krijgen
obtener bereiken; doordringen; penetreren in aankopen; aanschaffen; behalen; bemachtigen; binnenbrengen; binnenhalen; eigen maken; gewinnen; halen; iets bemachtigen; kopen; pakken; te pakken krijgen; verkrijgen; verwerven; winnen
penetrar bereiken; doordringen; penetreren in binnen gaan; binnendringen; doordringen; indringen; penetreren

Related Definitions for "bereiken":

  1. contact met iemand krijgen1
    • hoe bereik ik de directeur?1
  2. een resultaat halen1
    • zo bereiken we dat iedereen meehelpt1
  3. op een plaats komen1
    • hoe bereik ik de Kanaalstraat?1

Wiktionary Translations for bereiken:

bereiken
verb
  1. te controleren vertalingen

Cross Translation:
FromToVia
bereiken acceder access — to gain or obtain access to
bereiken lograr; conseguir achieve — to carry out successfully; to accomplish
bereiken conseguir; lograr achieve — to obtain, or gain as the result of exertion
bereiken llegar arrive — to reach
bereiken arribar; llegar arrive — to get to a certain place
bereiken lograr; éxito; triunfar arrive — to obtain a level of success or fame
bereiken conseguir; lograr attain — to accomplish; to achieve
bereiken lograr erreichen — zu einem Ziel gelangen; seine Wünsche durchsetzen
bereiken alcanzar erreichen — zu jemandem oder zu etwas hingelangen
bereiken obtener erzielen — etwas anvisiert (Angestrebtes) erreichen
bereiken resultar; salir; alcanzar; conseguir; lograr aboutirtoucher par un bout.
bereiken llegar; conseguir; ocurrir; tener éxito; acertar; lograr; acontecer arriverparvenir à destination. — note Sans complément, on sous-entend que la destination est le lieu où se tient le locuteur.
bereiken alcanzar; conseguir atteindretoucher de loin au moyen d’un projectile.
bereiken llegar parvenir — Arriver à un point donné à la suite d’un déplacement. (Sens général)