Dutch
Detailed Translations for bewogenheid from Dutch to Spanish
bewogenheid:
-
de bewogenheid
Translation Matrix for bewogenheid:
Noun | Related Translations | Other Translations |
conmoción | bewogenheid | agitatie; beroering; deining; emotie; ergernis; geharrewar; gemoedsaandoening; gemoedsbeweging; gewoel; golfslag; irritatie; omslaan van golven; ongedurigheid; onrust; ontroering; ophef; oproer; opschudding; opstand; opstootje; rel; rep; stoornis; verstoring; vertedering; volksoproer; vuistgevecht; wrevel |
emoción | bewogenheid | emotie; gemoedsaandoening; gemoedsbeweging; gevoel; ontroering; pathos; sentiment; vertedering |
sensación | bewogenheid | aanvoelen; feeling; gevoel; gewaarwording; prikkeling; sensatie; sentiment; zintuiglijke gewaarwording |
sentimiento | bewogenheid | aanvoelen; deelname; deelneming; feeling; gevoel; instinct; intuïtie; participatie; sentiment; sympathie |
turbación del ánimo | bewogenheid |
Related Words for "bewogenheid":
Wiktionary Translations for bewogenheid:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• bewogenheid | → emoción | ↔ émotion — Réaction affectif subite, temporaire et involontaire, souvent accompagnée de manifestations physiques, provoquée par un sentiment intense de peur, de colère, de surprise, etc. |
bewogen:
-
bewogen (aangedaan; geroerd)
-
bewogen (gevoelvol; geëmotioneerd; gepassioneerd)
-
bewogen (turbulent; onrustig; roerig; veelbewogen; woelig)
Translation Matrix for bewogen:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
agitado | bewogen; onrustig; roerig; turbulent; veelbewogen; woelig | bezet; druk; drukbezet; geagiteerd; gehaast; gejaagd; geprikkeld; gestressed; geërgerd; geïrriteerd; haastig; hard; hardop; hectisch; heftig; jachtig; joelend; levendig; luid; onbeheerst; ongedurig; onrustig; onstuimig; roerig; rusteloos; schreeuwend; verhit; woelig |
conmovido | aangedaan; bewogen; gepassioneerd; geroerd; gevoelvol; geëmotioneerd | emotioneel; geraakt; getoucheerd; getroffen; gevoelig; onthutst; ontroerd; ontsteld; paf; perplex |
emocionado | aangedaan; bewogen; gepassioneerd; geroerd; gevoelvol; geëmotioneerd | emotioneel; gevoelig; ontroerd |
lleno de sentimiento | bewogen; gepassioneerd; gevoelvol; geëmotioneerd | gevoelig; gevoelvol; sentimenteel |
movido | aangedaan; bewogen; gepassioneerd; geroerd; gevoelvol; geëmotioneerd | bungelend; corpulent; dik; gereden; gezet; lijvig; verreden; zwaarlijvig |
turbulento | bewogen; onrustig; roerig; turbulent; veelbewogen; woelig | rusteloos |