Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. broddelaars:
  2. broddelaar:


Dutch

Detailed Translations for broddelaars from Dutch to Spanish

broddelaars:

broddelaars [de ~] noun, plural

  1. de broddelaars (knoeiers; kladders; klieders)
    el estafadores; el chapuzos; el chapuceros

Translation Matrix for broddelaars:

NounRelated TranslationsOther Translations
chapuceros broddelaars; kladders; klieders; knoeiers knoeiers; knoeipotten; morsers; prutsers
chapuzos broddelaars; kladders; klieders; knoeiers
estafadores broddelaars; kladders; klieders; knoeiers bedriegers; misleiders; oplichters; sjoemelaars; zwendelaars

Related Words for "broddelaars":


broddelaars form of broddelaar:

broddelaar [de ~ (m)] noun

  1. de broddelaar (kladderaar; knoeier; klieder; kladder)

Translation Matrix for broddelaar:

NounRelated TranslationsOther Translations
chapucero broddelaar; kladder; kladderaar; klieder; knoeier beunhaas; klooi; klusjesman; knoeier; knoeipot; koekenbakker; koekhakker; morser; prutser; roffelaar; rommelaar; scharrelaar
pintor de brocha gorda broddelaar; kladder; kladderaar; klieder; knoeier huisschilder; huisschilderes; schilder; verver
ModifierRelated TranslationsOther Translations
chapucero onopgeruimd; slordig

Related Words for "broddelaar":